Reeds in de vorige eeuw zei een Braziliaanse schrijver: ‘Wie in het Portugees schrijft, werkt aan zijn eigen graf.’ Het opwekken van schrijvers uit hun taalkundige graf, of, algemener gezegd, het proces van culturele overdracht via vertaling, lijkt mij het enige excuus voor het bestaan van een prijs voor dit werk, want dat het fatsoenlijk en getalenteerd wordt gedaan zou even vanzelfsprekend moeten zijn als dat een schrijver goed schrijft, en zou dus op geen enkele speciale distinctie aanspraak mogen maken.
Het moet me trouwens toch van het hart dat naar mijn idee het artistieke en creatieve aspect van vertalen vaak te zeer wordt benadrukt. Het artistieke zou men slechts moeten zien als noodzakelijke voorwaarde, en creatief is het werk van de vertaler niet, want hij schrijft andermans werk. Niet dat dat eenvoudig is. Het stelt de vertaler de merkwaardige eis dat hij moet weten wat de schrijver weet. Hij moet vertrouwd zijn met het land van de schrijver en, uiteraard, met de taal daarvan. Maar ook met de regio of de stad van de schrijver en de taalkundige eigenaardigheden dáárvan. Met de tijd van de schrijver, de geschiedenis van diens land, de literatuur daarvan en de speciale literaire traditie waarin hij eventueel zijn plaats heeft. Met andere talen, literaturen, kunsten, kortom: met álles waaraan de schrijver, direct of indirect, refereert. De vertaler moet weten wat de schrijver gelezen heeft, moet op de hoogte zijn van diens literaire invloeden en voorkeuren, en eigenlijk van zijn hele leven. Hij moet weten wat er óver de schrijver geschreven is. En dat alles bij iedere andere schrijver opnieuw…
….. Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. Hier vindt u het bestand in Word en hier kunt u het juryrapport uit 1983 lezen.