Twijfelen, keuren, checken – het hoort bij vertalen. Een eurekagevoel als je het juiste woord vindt, frustratie als een woord in jouw taal geen of alleen een kleurloos equivalent heeft. Even terug naar dat stadje van daarnet. Uiteindelijk wordt het toch door dronken soldaten uitgemoord en verwoest. Ruim een jaar voor die fatale gebeurtenis raakt het op een vrolijker manier in rep en roer als het bezoek krijgt van Tijl Uilenspiegel.
Tijl zal later opklimmen tot hofnar, maar is op dat moment wat de Duitsers met zo’n mooi woord een Gaukler noemen: een rondreizend artiest die op markten en pleinen optreedt als goochelaar, jongleur, koorddanser en acrobaat. Bij ons heet zo iemand heel prozaïsch een kunstenmaker. Je kunt je suf googelen en er honderd Wikipedia-artikelen op nalezen, maar dat is de term. We hebben prachtige woorden voor zotten en dwazen: pias, potsenmaker, hansworst, maar die dekken de lading niet.
Lankmoedig neem je als vertaler je verlies en je zint op wraak. Want onze moedertaal mag dan zoals elke taal soms tekortschieten, ze is ook gul, zolang je maar openstaat voor haar gaven. Terwijl ik in mijn achterhoofd nog treur om de verloren schoonheid van de Gaukler, beland ik al vertalend bij een prinses die constateert dat haar vader in een bepaalde situatie niet weet wat hij moet zeggen. ‘Jetzt fiel wiederum Papa nichts ein.’ Ik wrijf in mijn handen en tik: ‘Nu stond papa met zijn mond vol tanden.’ Een mooie uitdrukking waarbij het Duits het nakijken heeft.
Daarna krijg ik nog enkele keren de gelegenheid om compenserend te vertalen, zoals de vakterm luidt. Eén kans laat ik schieten….
…………….. Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.