In het grondig gerenoveerde Vertalershuis Amsterdam kregen de vijf kamers elk een thematische inrichting rond een klassieke auteur. De derde ‘kamernaam’ is die van Willem Frederik Hermans (1921-1995).
In de literaire wereld stond Hermans bekend om zijn felle polemieken en genadeloze pen. Zijn definitieve doorbraak bij het grote publiek kwam in Nederland met zijn roman De donkere kamer van Damokles uit 1958. Au pair uit 1989 was Hermans’ laatste omvangrijke roman – hij schreef er dertien in totaal. Hij wilde heel graag worden vertaald (al in 1951 had hij een literair agent) en werd dat ook, maar zonder grote naamsbekendheid te verwerven – het lijkt er op dat hij weigerde mee te werken aan buitenlandse presentaties. Pas na zijn dood werd zijn werk ook internationaal succesvol.
Ik praat met Adam Bžoch, literatuurwetenschapper en Slowaaks vertaler uit het Nederlands en Duits. Hij vertaalde veel Nederlandse romans, waaronder De tranen der acacia’s van Hermans.
Adam, je ouders en je zus zijn ook vertalers. Heeft dat je beroepskeuze beïnvloed?
Ja, ik kom uit een vertalersgezin. Mijn moeder was literair vertaalster uit het Duits, mijn vader vertaalde uit het Frans en Duits, en mijn oudere zus, die in Wenen woont, is theaterwetenschapper. Ze schrijft dikke boeken over Shakespeare en vertaalt af en toe. Ik ben in Bratislava opgegroeid met de reusachtige boekenkast van mijn ouders. Aan de zondagse lunchtafel voerden mijn vader en moeder eindeloze gesprekken over hun vertalingen van Kafka, Rilke, Christa Wolf, Martin Walser en Heinrich Böll….
…..Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.