Aanvankelijk stelt voornamelijk Hans van Pinxteren de vragen; naar het einde toe, als het gesprek een te specialistische wending dreigt te nemen, mengt Andrea Kluitmann zich meer in het gesprek en trekt het in iets algemenere banen.
Hoe bent u ertoe gekomen te gaan vertalen?
Vertalen zit een beetje in je bloed, denk ik. Ik vond het op de middelbare school al erg leuk. Het is een uitdaging om je helemaal te verdiepen in wat iemand denkt en in wat voor bewoordingen dat dan naar voren wordt gebracht. Jezelf identificeren met de gedachtegang van iemand. Maar er waren eerst een hoop andere dingen. Nadat ik op mijn 25e afgestudeerd was, ben ik Franse les gaan geven. Eerst op het Vossius-Gymnasium in Amsterdam tot 1961 toen mijn zoon geboren werd. Later, in de jaren 70 en 80, aan het gymnasium van Amersfoort. Toen ben ik er tijdelijk mee gestopt. Je had toen geen crèches en zo, en ik wilde mijn zoon en mijn dochter zelf opvoeden en zien opgroeien. Maar dan heb je wel veel vrije tijd, zo’n baby slaapt veel. In die tijd heb ik mijn proefschrift geschreven, bij professor Zumthor. Kent u die nog?
Ja, daar heb ik ook colleges bij gevolgd.
Professor Zumthor had hele andere literatuuropvattingen dan u. U legt in uw boek De hond van Rabelais uit dat je naar de achtergrond van de schrijver moet kijken, en hij zei juist: die doet er niet toe, de vorm zegt alles over het werk.
Ja, en dat is natuurlijk zo: de vorm zegt veel over het werk, maar ik denk wel dat het leven van een schrijver ertoe doet.
Dat denk ik ook, ja, het speelt zeker mee. Maar ik vind de vorm wel heel erg belangrijk. Zonder die vorm kom je er niet.
U schrijft toch ook inleidingen bij al uw vertalingen en noten.
Dat doe ik altijd, ja. Zeker die wat oudere teksten moeten worden gezien in hun context, anders kun je ze niet goed begrijpen. Of misschien kun je ze wel begrijpen, maar je mist zoveel dimensies. Ik vind het inderdaad nodig om mensen meer inzicht te geven; zelf heb ik dat inzicht ook nodig. Toen ik Voltaires briefwisselingen met Catharina de Grote en Frederik de Grote vertaalde heb ik veel daaromheen gelezen, want anders blijft het in de lucht hangen. Die zevenjarige oorlog en de manier waarop Frederik door zijn vader is behandeld, dat zijn allemaal dingen die op de achtergrond meespelen. Als je die dan niet weet dan mis je zo veel. Dat geldt ook voor de noten, dan wordt er een naam genoemd, of een historische gebeurtenis die het gros van de mensen vergeten heeft of misschien nooit geweten. Dan is het prettig als je dat even aangeeft. Ook al vertaal ik voor mijn eigen plezier, je wilt graag iemand mee laten bewegen. Ik wil dat er iemand van geniet: daarom wil ik dat die dimensies naar voren komen.
En die achtergrondkennis helpt u bij het vertalen?
Ja, als ik aan het vertalen ben dan lees ik bijvoorbeeld biografieën, ik verdiep me, ik lees andere werken van de schrijver. Zo heb ik onlangs Gérard de Nerval vertaald, De reis naar de Oriënt…
…………….. Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.