Een van de tweeënhalve journalisten die mij benaderden naar aanleiding van de toekenning van de Filter-vertaalprijs 2016 stelde mij de vraag: ‘Hoe bent u eigenlijk vertaler geworden?’ Mijn antwoord haalde de krant slechts fragmentarisch, daarom geef ik het hier wat uitgebreider.
De basis van het antwoord was: dat ging eigenlijk vanzelf. Ik had geen concrete ambitie om vertaler te worden. Ik studeerde in de jaren zeventig gewoon Duits en dan word je leraar, dacht ik toen. Maar op zekere dag in 1976 – voor een precieze datering ontbreken de documenten in mijn persoonlijke archief – werd ik benaderd door twee bevriende medestudenten die iets – maar ik heb geen enkele herinnering aan het onderwerp – voor een bedrijf moesten vertalen, en wel van het Nederlands in het Duits. Een van de vrienden was een Duitser, ik was er dus vooral voor het begrip van het Nederlands, veronderstel ik nu. De meest concrete herinnering die ik aan de vertaling heb is dat we op de bovenste verdieping van het Instituut Frantzen voor Duitse Taal- en Letterkunde aan de Biltstraat in Utrecht zaten te werken, en vooral dat ik voor de klus een aandeel van 45 gulden kreeg. Voor dat geld kocht ik een spijkerbroek. Kan ik het allemaal bewijzen? Nee, dan kan ik niet, maar er zijn wel ergere dingen voor waar aangenomen die niet bewezen kunnen worden.
1976 was overigens ook het jaar dat ik Günter Grass voor het eerst zag en hoorde spreken, op de Vrije Universiteit in Amsterdam, waar hij – en ik kan nu niet achterhalen in welk kader –voorlas uit Der Butt, de grote roman die een jaar later zou verschijnen en die Peter Kaaij zou vertalen. Ik had daar in de aula van de VU geen idee dat die schrijver daar op het podium ooit ‘mijn’ auteur zou worden, dat ik zeker dertien boeken van hem zou vertalen en dat ik met een van die vertalingen een prijs zou winnen. Ik had er ook geen idee van dat ik hem een paar weken later weer zou tegenkomen. Dat was in Kopenhagen, waar ik samen met mijn broer op het balkon van een Chinees restaurant in het voetgangersgebied in het centrum van de stad zat te eten. We waren bezig aan een fietstocht door Denemarken. We keken omlaag en zagen bij een stoplicht Günter Grass staan, vergezeld van zijn vrouw Ute en een zoon. Ik maakte een foto, die ik jaren later aan de familie Grass kon laten zien:
…………….. Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.