Ik zoek soms hele zinnen woord voor woord op en ik blijf erover nadenken. Zo heb ik heel lang nagedacht over de laatste zinnen van Shakespeares sonnet 116, dat ik heb vertaald voor mijn laatste roman. Heel, heel moeilijk. Ik heb het zo gedaan dat ik erachter kon staan, maar nu is het boek gepubliceerd en wil ik het toch weer anders.
Die laatste roman is Gisterland, het boek over Shakespeares vrouw Anne, dat gestut wordt door haar eigen leven en haar literaire liefdes. Ze vertelt er haar favoriete toneelstukken van Shakespeare na, laat Shakespeare Homerus lezen en gedichten opdragen aan zijn vrouw. Anne is net als zijzelf ouder dan haar echtgenoot, afkomstig uit een klein dorp en moeder van drie kinderen waarvan eentje een tweeling. De zin waar ze op doelt is zo’n fameuze raadselachtige Shakespeare-strofe: ‘If this be error and upon me proved / I never writ, nor no man ever loved.’ Zij vertaalde: ‘Als dit niet klopt en men bewijst me dat / Nooit schreef ik, nooit geen mens heeft liefgehad.’
In de roman zegt Anne dat ze het een mooi gedicht vindt, alleen die laatste zin betwijfelt ze. ‘Nooit geen mens? Dus juist wel een mens? Min maal min is plus.’
Er wordt gauw gezegd: ja, bij Shakespeare komt die dubbele ontkenning vaak voor. Dan denk ik: nou, waar dan? En over het algemeen wordt die strofe gelezen als ‘Ik heb nooit geschreven en nooit geen man / mens, liefgehad.’ Maar ik lees dat helemaal niet zo! Kijk, dat eerste stukje ‘I never writ’ wordt onmiddellijk ontkracht omdat het in een sonnet staat – hij schreef wél. Dat is dus een pun, een spel met de taal. Maar níémand kan ooit bewijzen dat hij nooit iemand heeft liefgehad, dus dat is een zwaktebod als je dat ervan maakt. Het mag van mij allemaal hoor, maar ik denk er anders over…
…..Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.