Het beroemde verhaal ‘Michael Kohlhaas’ is de beklemmende geschiedenis van een man, de paardenkoper Kohlhaas, die verstrikt raakt in machinaties van hoge heren die elkaar de hand boven het hoofd houden, en die vermalen wordt tussen elkaar tegenwerkende rechterlijke instanties – het doet sterk aan Kafka denken.
De stijl van Kleist gaat door voor moeilijk. Moderne Duitse lezers hebben er vaak grote moeite mee. Al die ‘verschachtelte’, in elkaar geschoven zinnen!
Het gaat je toch duizelen van een zin zoals ik die nu zal behandelen. Ik heb hem uit elkaar getrokken en dan zie je, vetgedrukt, de hoofdzin, vervolgens, cursief, de eerste bijzin, maar daarbinnen zit nog een heel rijtje bijzinnen en bijstellingen:
Der Kammerer, Herr Kunz,
der inzwischen,
den Vorstellungen mehrerer Freunde,
die sich um ihn eingefunden hatten,
zum trotz,
seinen Platz,
dem Abdecker von Döbbeln gegenüber,
unter dem Volk behauptet hatte,
trat,
sobald der Freiherr
mit dem Rosshändler
erschien,
an den letzteren heran und fragte ihn,
indem er sein Schwert,
mit Stolz und Ansehen,
unter dem Arm hielt:
ob die Pferde,
die hinter dem Wagen stünden,
die seinigen wären?
Als ik díe stijl zou handhaven, zou íemand het dan nog willen lezen? In principe wil ik de stijl van een schrijver zoveel mogelijk bewaren, ook als dat enigszins weerbarstig Nederlands oplevert – maar nu twijfelde ik toch….
…………….. Download rechtsboven de PDF voor de volledige tekst. Als uw voorkeur uitgaat naar Epub-formaat, kunt u het bestand downloaden door hier te klikken. En hier vindt u het bestand in Word.